geabonneerd

From Wiktionary, the free dictionary
Jump to navigation Jump to search

Dutch[edit]

Pronunciation[edit]

  • (file)

Participle[edit]

geabonneerd

  1. past participle of abonneren

Declension[edit]

Declension of geabonneerd
uninflected geabonneerd
inflected geabonneerde
positive
predicative/adverbial geabonneerd
indefinite m./f. sing. geabonneerde
n. sing. geabonneerd
plural geabonneerde
definite geabonneerde
partitive geabonneerds